1. Dit nu zijn hun namen: uit de stam Ruben: Sammua, de zoon van Zakkur.
  2. Uit de stam Simeon: Safat, de zoon van Hori.
  3. Uit de stam Juda: Kaleb, de zoon van Jefunne.
  1. De HEERE sprak tot Mozes:
  2. Stuur mannen voor u uit om het land Kanaän te verkennen, dat Ik aan de Israëlieten geven zal; u moet één man per stam van zijn vaderen sturen, elk een leider onder hen.
  3. Mozes stuurde hen uit de woestijn Paran, op bevel van de HEERE. Al die mannen waren hoofden van de Israëlieten.
Door de copyrights van de Herziene Statenvertaling kunnen we u hier slechts enkele verzen laten zien. U kunt de verzen van de Herziene Statenvertaling wel toevoegen aan uw liturgie.